6. Ruimtelijke ontwikkeling, milieu en volkshuisvesting

• Ruimtelijke initiatieven beoordelen op wenselijkheid, toegevoegde waarde en haalbaarheid.
• Begeleiding initiatieven van planvoorbereiding tot uitvoering en het doorlopen van de planologische procedures.
• Ontwikkeling visie en beleid op het gebied van ruimtelijke ontwikkelingen.
• Adviserende rol richting management, bestuur en gemeenteraad met betrekking tot ruimtelijk relevante vraagstukken.
• Uitvoering van VTH-taken.

In het programma Ruimtelijke ontwikkeling, milieu en volkshuisvesting gaat het om de visie en vormgeving van de fysieke leefomgeving. Een thema dat landelijk veel aandacht krijgt ook gelet op de grote behoefte aan woningen en een gezonde leefomgeving.

Dit programma voorziet in de instrumenten om de ruimtelijke inrichting van onze gemeente te regelen zodat alle functies, in de juiste balans, een plek krijgen. Daarnaast voorziet het programma in de bouw van woningen die aansluiten bij de behoefte van onze inwoners.

De ambitie is het behouden en versterken van een plezierig woon- en leefklimaat met aandacht voor het open weidegebied en de ruimtelijke kwaliteiten van de lintbebouwing. Daarbij geven we de opgaven die er op ruimtelijk gebied zijn een passende plek. Dit gaat om behoeften van ondernemers en van inwoners op het gebied van bijvoorbeeld wonen en werken. Maar ook om ontwikkelingen als de energietransitie, het klimaatakkoord, de stikstofproblematiek en implementatie van nieuwe planvormingsinstrumenten, die in het kader van de Omgevingswet leidend zijn. Dit vraagt om het verder brengen van een visie op het gebied waarin de ruimtelijke mogelijkheden gecombineerd worden met de visies op economie, zorg en welzijn. Bestaande beleidsvisies zijn hiervoor ‘bouwstenen’. Op het gebied van milieu en duurzaamheid worden deze ambities geconcretiseerd en ingepast.

Inmiddels zijn de Omgevingswet en Wkb (deels) in werking getreden. De grote veranderingen die deze wetten met zich meebrengen hebben flinke impact op de uitvoering van taken op het gebied van Ruimtelijke Ontwikkeling, Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Het veranderde wettelijk kader, nieuwe systemen en nieuwe samenwerkingsvormen - zoals de Omgevingstafel - moeten worden ingericht en moeten we ons eigen maken. Dat vraagt om extra inzet van medewerkers. Het ‘technisch inregelen’ van de Omgevingswet zal de eerste tijd haaks staan op de bedoeling van deze wet. Het gaat gepaard met zoeken en het instrumentarium maakt het in eerste instantie minder makkelijk om uitvoering te geven aan de ‘ja tenzij’ gedachte. Toch blijft het de ambitie van de gemeente Lopik deze gedachte zoveel als mogelijk voorop te blijven stellen.

Wij vinden het belangrijk om de ontwikkeling van woningbouw doorgang te laten vinden. Hierbij handhaven we de strategie die de raad heeft ingezet om plannen met het ‘grootste nut’ voorrang te laten hebben op individuele wensen. En hoe graag we ook dienstverlenend zijn naar elke inwoner en ondernemer, ook onze personele capaciteit maakt het maken van keuzes en stellen van prioriteiten noodzakelijk. In 2025 ligt wel de vraag voor of we niet beter kunnen inzetten op bouwen in één of twee kernen in plaats van bouwen in zo veel mogelijk kernen (50 woningen).

We werken ook binnen dit programma goed samen met partners als de provincie en de woningcorporatie om onze doelstellingen te realiseren. In dit kader zijn ook de ontwikkelingen in het landelijk gebied belangrijk om te noemen. Gewerkt wordt zowel in regionale verbanden als in Provinciaal verband aan een heldere visie op basis waarvan wij onze gemeentelijke rol en belang kunnen bepalen. Uiteraard blijven wij aansluiten op de belangen van onze agrarische ondernemers zodat wij ook deze kunnen blijven vertegenwoordigen.

Door het in 2024 uitgevoerde verbeterplan voor de VTH-taakuitvoering is het actieve toezicht van de Provincie voor 2025 komen te vervallen.

Hieronder wordt een toelichting gegeven op de belangrijkste mutaties in de Programmabegroting 2025 ten opzichte van de Programmabegroting 2024 na Zomerrapportage.

Lasten:
In 2025 dalen de lasten met circa € 1,5 mln. onder andere doordat er in 2024 incidentele lasten waren opgenomen voor bijvoorbeeld Capaciteit decentrale overheden klimaatenergie (CDOKE),  Snippergroen en diverse incidentele capaciteitskosten. 

Baten: 
In 2025 dalen  de baten op dit programma met circa € 270.000. Dit is het gevolg van minder inkomsten Capaciteit decentrale overheden klimaatenergie (CDOKE) en lagere bijdragen van derden in kosten. 

De Regionale Uitvoeringsdienst Utrecht (RUD) voert voor de gemeente Lopik alle basis- en plustaken op het gebied van milieu uit.  Op dit moment kent de provincie Utrecht nog 2 omgevingsdiensten, de RUD en ODRU.  Er is een traject ingezet om te komen tot één nieuwe Omgevingsdienst Utrecht, waarin zowel RUD als ODRU opgaan. Doordat beide huidige omgevingsdiensten aanvullend op elkaar zijn ontstaat er voor de gehele provincie Utrecht 1 robuuste omgevingsdienst. In 2025 zal dit traject worden voortgezet en leiden tot besluitvorming over een nieuwe gemeenschappelijke regeling.  De nieuwe omgevingsdienst gaat per 1 januari 2026 van start gaan.